De mannen worden ouder, de route korter en Jan Smeijers is al 16 jaar niet meer onder ons. Dat weten de mannen al te goed. Daarvoor gaan ze niet naar het kerkhof. Waarvoor dan wel? Ze gaan Jan gedag zeggen voor het vertrek van de 16e Jan Smeijers Memorial, kortweg de JSM. Zijn graf is zo gevonden. Het lijkt in niets op de rustplaatsen naast, voor of achter hem. Het massief houten kruis is enigszins verzakt maar de bodembedekkers tieren welig.
door Ad Smeijers
De JSM brengt de zeven fietsers naar plaatsen waar ‘de Smeijer’ graag kwam. Zo’n plek is de Biesbosch. De Beekse zeeverkenners sloegen daar in de zomer hun tenten op. De jongens die voor het eerst op zeeverkennerskamp gingen moesten een ritueel ondergaan; een ontmoeting met de ruige zeegod Neptunus. Na de ceremonie waren die bangelijke ketelbinkies getransformeerd in stoutmoedige zeebonken. Een keer raden wie Neptunus speelde.
De Biesbosch is groen, stilte, water, riet en wind. Als je geluk hebt zie je de visarend foerageren en bevers dammen bouwen. Helaas, de enige bever die wij zagen was een geschilderd exemplaar nabij de uitspanning waar een uitsmijter geserveerd wordt met maar liefst negen eieren. Eenden en een witte reiger deden ongestoord hun ding net als wij. Ons ding: fietsen over dijken, langs waterpartijen, over paraboolbruggen, wildroosters en vlakke betonbruggen met de functie van een wildrooster. De brede sleuven liggen dwars in de rijrichting; daar is over nagedacht, gelukkig maar.
Er waaide een koude, harde wind. De schipper van ‘t Leeuwe Veerke die ons bij Lage Zwaluwe over de woelige Amer zette waarschuwde. Een overbodige mededeling; op zijn schuitje stonden zeen fietsen en zeven koukleumers. De remedie tegen de kou: bij stormachtige tegenwind, arbeid leveren, dus stevig doortrappen, je krijgt het vanzelf warm.
Heel veel kilometers maken aan een strak tempo hebben de mannen van de JSM achter zich gelaten. In plaats daarvan domineren al fietsend praten, het leven doornemen met vele herinneringen aan Jan Smeijers. De JSM werd ontbonden in Fort Lunet in Raamsdonksveer. In dat etablissement vormden de zeven JSM’ers een groepje naamloze passanten, mensen zonder missie. Hoe anders is dat op de Beekse Vrijthof. Daar trekt ons uitgelaten groepje de aandacht. Het regent complimenten; “Goed dat jullie dat doen, de bekende Bekenaar Jan Smeijers in ere houden.”