Ga eens op zoek naar de vele verschillende planten in onze gemeente, kruiden die er van nature voorkomen. Je hoeft alleen maar te kijken in de bermen langs de wegen, in de bossen, aan de akkerranden en zelfs tussen de straat- en stoepstenen. Elke plant is interessant; onkruid is maar een verzonnen woord. Al zijn er planten die voor de boer onkruid zijn, maar voor de bioloog zeer gewaardeerde soorten.

door Kees van Kemenade

Aan de rand van een voortuin, tegen de stoep groeit een akkerdistel. Flink wat zon en genoeg voedsel, dan voelt hij zich in zijn element. Hij is wat klein, want onder ideale omstandigheden kan hij wel ruim een meter hoog worden. Wat we niet zien is de wortelstok onder de grond, waaruit steeds nieuwe planten kunnen opkomen.

Aan de stengels zitten langwerpige bladeren vol stekels en bloemhoofdjes in een mooie kleur paars. Een deel is al uitgebloeid en toont een wollig zaadpluis. De bloei is in de maanden juni tot september.

Als je de stekels verwijderd, kun je de plant eten en er worden zelfs medicinale kwaliteiten aan toegeschreven.

Maar nou die aanduiding van onkruid.

Een wei vol distels is volgens de boer een verschrikking. De koeien eten het gewas niet, vanwege de stekels. Ook op de akkers waren de doornen zeer vervelend bij bijvoorbeeld het oogsten van bieten of aardappels. Het bestrijden was ooit verplicht, maar uiterst moeilijk, vanwege de wortelstokken. De uitvinding van herbiciden maakte de bestrijding ervan veel makkelijker en daarom zie je nu geen akkers en weiden vol akkerdistels meer. Ze zijn nu verbannen naar bermen en verloren stukjes land, zoals hier.

De bioloog echter is enthousiast over de waarde van de akkerdistel. Hij levert tijdens de bloei heel veel nectar aan bijen, hommels en vooral ook vlinders. Toen ik de foto maakte, streek er net een dikke hommel neer op de bloemetjes - insecten die het moeilijk hebben. De rups van de distelvlinder kan niet zonder deze waardplant.

Veel kleine zoogdieren durven geen open velden over te steken, maar bosjes met distels beschermen hen tegen aanvallen door roofvogels vanuit de lucht. Zo kunnen zij zich makkelijker verspreiden en ook foerageren over een groter gebied. Dat is belangrijker voor soorten.

Dus de vraag of de akkerdistel een echt onkruid is, kun je gewoon niet beantwoorden.