Hilvarenbeek telt net als iedere Brabantse plaats kapellen en kapelletjes. Het zijn herinneringen aan een tijd die men wel eens het Rijke Roomsche Leven noemt. Alles was tot de jaren zestig van de vorige eeuw doortrokken van het geloof. Dat is nu wel voorbij, maar toch blijven deze gebouwtjes gekoesterd; vervallen zijn ze nooit. Misschien komt het wel doordat de mensen er graag eens gaan zitten om na te denken over het leven. Ze stralen een hoge mate van rust uit en dat hebben we allemaal nodig. Vandaag bezoeken we een Mariakapel tussen de Kleine en de Grote Voort.
door Kees van Kemenade
Iedereen die over de Tilburgseweg rijdt, passeert de grote bakstenen Mariakapel, met daarop prominent het opschrift: Koninginne Wees Gegroet. Hij staat aan een mooi groen pleintje in het gehucht de Voort en wordt keurig bijgehouden door de bewoners uit de omgeving. De kapel is nu eenmaal gezichtsbepalend voor de Voort.
Het is altijd een uitdaging om erachter te komen waarom zo'n bedehuisje is gebouwd. Wanneer we om de Mariakapel heenlopen zien we aan de achterkant een ingemetselde steen met een kort vers:
Beek schonk als blijk van minne
U reine Koninginne
Zijn schoone gave blij
Voor 's dekens jubeltij
De deken waarvan hier wordt gesproken was de pastoor van Hilvarenbeek, H. C. van der Kamp. In 1933 was deze geleerde geestelijke - hij was professor aan het grootseminarie te Haaren - parochieherder geworden; twee jaar later volgde zijn benoeming tot hoofd van het dekenaat Oirschot. In 1938 vierde de geestelijke zijn zilveren priesterjubileum; reden voor de parochianen om hem een geschenk aan te bieden. Het was de tijd dat de pastoor, met de notaris en de burgemeester, de belangrijkste mensen in het dorp waren. Als pastoor Van de Kamp door het dorp wandelde, gekleed in soutane met een bonnet op het hoofd, dan namen de mannen hun hoed of pet af en maakten de dames een kleine kniebuiging. Zeker als ze bij een zieke de communie gingen brengen.
Nieuwe kapel
De voorganger van Van de Kamp, pastoor van Beijnen had al eens het idee geopperd, om in de Voort een nieuwe Mariakapel te bouwen. De devotie ter plaatse was in de tijd van de reformatie verdwenen, en alleen de vage herinnering aan de bedevaart er naartoe bestond nog. Het idee van de vorige pastoor kon nu mooi gerealiseerd worden, als een blijk van waardering voor de nieuwe. Particulieren schonken de grond. Architect Pierre Tooten, uit Tilburg, ontwierp het gebouwtje en Manus Evers vervaardigde een Mariabeeld. Op zondag 22 mei 1938, in de Mariamaand, werd de kapel ingewijd. Temidden van een omvangrijke processie trok de jubilaris naar de Voort. Een speciaal gecomponeerd lied, waarin de continuïteit van de devotie werd benadrukt, werd massaal gezongen. Tijdens de plechtigheid wijdde pastoor van de Kamp heel zijn parochie toe aan O. L. Vrouw van de Voort.
Het bronzen luidklokje in het torentje werd geplaatst in 1988. Het is afkomstig van het gesloopte klooster van de Broeders van Liefde uit Tilburg. Een aantal jaren geleden werd het beeld zwaar beschadigd door vandalen. Na restauratie bleven de herstellingen lang duidelijk zichtbaar, maar met de tijd kreeg het steeds meer het oorspronkelijke uiterlijk terug.