Schotel en het buitengebeuren
door Peter Thoben, conservator
De Schuttel
De graficus Andreas Schotel komt voor de eerste keer naar De Utrecht in 1919. De directeur van de Rotterdamse gasfabriek Melchior Sissingh heeft de kunstenaar doorverwezen naar zijn broer Kees Sissingh, die als houtvester op de ontginning werkzaam is. Vanaf 1924 mag hij een tuinhuisje tegenover de Oranjebond van Orde plaatsen, zodat hij een permanent verblijf in Esbeek heeft om er in de zomermaanden inspiratie op te doen voor het Brabantse deel van zijn oeuvre. Hij noemt dit vakantieverblijf De Schuttel.
Na Schotels dood raakt het houten gebouwtje in verval en na lobby van de Stichting Vrienden van Andreas Schotel, die nog bij leven van de kunstenaar in 1981 is opgericht, wordt in 2000 De Schuttel ietwat verplaatst en gerestaureerd als blijvende herinnering aan zijn langdurige aanwezigheid in het dorp.
Museum
Wanneer de nalatenschap van Schotel en bevriende kunstenaars via Magdaleen Rademaker in 2007 naar Esbeek komt, wordt voor het Andreas Schotel Museum in café Schuttershof ruimte gevonden. Op 17 mei 2009 opent het huiskamermuseum en is het oeuvre van Andreas Schotel prominent zichtbaar in Esbeek. In het museum worden vier keer per jaar wisseltentoonstellingen georganiseerd, waarbij in eerste instantie uit de eigen museumverzameling rond een thema wordt geput, maar ook werk van andere grafici komt aan bod.
Wandelroute
Om De Schuttel hierbij te betrekken is er een Andreas Schotel kunst- en wandelroute uitgezet, die in de loop van de jaren is aangekleed met beelden geïnspireerd op werken van Schotel die vervaardigd zijn door Hannes Verhoeven, zodat er over een buitenmuseum gesproken kan worden.
Beeldentuin
In 2014 is het beeld De Houthakker, uitgevoerd in beschilderd staal naar het door Schotel eertijds geschonken model, aan de Spaaneindsestraat geplaatst en hierbij is een kleine beeldentuin ontstaan. In 2022 is die onder de naam SEE (Sculpture Expo Esbeek) naar de Groenstraat 2a verplaatst. Daarmee heeft het buitengebeuren een extra dimensie gekregen.
In de ruim opgezette beeldentuin treffen we oudere beelden aan van Olaf Mooij, Onno Poiesz, Hannes Verhoeven en Harry Verhoeven. Centraal staat en domineert de stapeling blokken van Tom Claassen, die vanwege de vorm van een dier tot De poedel van Esbeek is gedoopt. Verder staan er beelden van Pim Palsgraaf, Tijs Rooijakkers en Bart Somers. Vorig jaar heeft het monumentale, paarse paard Caballito van artist-in-residence Frederico Benites uit Uruguay een permanente plaats in de beeldentuin gekregen.
Om de beeldentuin ieder jaar een vernieuwde indruk te geven hebben Willem Besselink, Ramon Otting en Bart Somers maar ook Hannes Verhoeven nieuwe beelden geplaatst, zodat men in de tuin tussen de hogere begroeiing werken als tijdelijke gasten tegenkomt. De naam van de maker, titel en enige uitleg staan op een bordje bij ieder beeldhouwwerk vermeld. Er zijn paden gemaaid door het hoge grasland langs de beelden, die de bezoeker de looproute wijzen zonder het landschapsbeeld te verstoren. De vormentaal van de beeldhouwwerken varieert van figuratief tot abstract, ze zijn vervaardigd van diverse materialen zoals hout en cortenstaal, en hebben al dan niet kleur. Eigenlijk een staalkaart van wat de hedendaagse sculptuur te bieden heeft.
Beeldentuin SEE is van mei t/m oktober open op zaterdag en zondag van 10.00 tot 17.00 uur en op aanvraag. Een bezoek eraan op de Schotel-wandelroute is zeker aan te bevelen.