In Hilvarenbeek was in de oorlogsjaren het verzet bijzonder actief. In het geheim hielp men gevluchte geallieerde vliegtuigbemanningen, ondergedoken joden en mannen die weigerden in Duitsland te gaan werken. Cruciaal bij dit werk waren de verzetsmensen zoals hooi- en strohandelaar Piet van Geel. In 1952 emigreerde hij naar Canada. Zijn dochter Jacqueline De Pace-van Geel verblijft nu in Esbeek en is van daar uit op zoek naar haar vaders verleden.

door Kees van Kemenade

“Nee, mijn vader vertelde nauwelijks iets over zijn oorlogsverleden. Wat hij deed voor het verzet, noch zijn arrestatie in november 1943 en tijd in de gevangenis in Brussel. Een Duitse rechtbank veroordeelde hem tot een langdurige gevangenisstraf, maar niet de doodstraf om dat ze niet op de hoogte waren van al zijn illegale werk. In 1944 toen de Geallieerden naderden, vluchtten de Duitse bewakers en zetten de Belgische gevangenenbewakers de deuren open. Te voet liep hij in twee dagen terug naar Hilvarenbeek. Dat hij in het verzet zat, was alleen duidelijk vanwege een Amerikaanse oorkonde voor hulp aan Amerikaanse vliegeniers. Maar meer wist ik niet.”

Het is de tweede keer dat Jacqueline voor een geruime tijd hier is om zich te verdiepen in haar afkomst. De eerste keer dat ze hier was, had een bijzondere reden. “Ik was in contact gekomen met het oorlogsmuseum bij de gevangenis van Leopoldsburg. Het bleek dat de bezittingen van mijn vader daar waren achtergebleven. Ik ben ze gaan ophalen. Zijn portemonnee en horloge zaten in een verzegelde enveloppe. Een aanzienlijk bedrag, maar alles was er gewoon nog. Dat was dus een eerste contact met wat mijn vader hier allemaal had meegemaakt.”

Verzetswerk

De dochter van Piet van Geel werd geboren in Canada. Ze verstaat het Nederlands goed en spreekt het een beetje, of liever gezegd het Biks. Haar onderzoekingen naar haar vader brachten haar in contact met Ad van Rijswijk, die zich ten doel heeft gesteld zoveel mogelijk informatie over het verzetswerk hier te verzamelen en daarover te publiceren. Voor Ad zijn de werkzaamheden van de verzetsman niet duidelijk. “Piet van Geel, stro- en hooihandelaar leverde ook aan de Duitsers in Oisterwijk en had goede connecties met een Duits officier die sterk anti-Nazi was. Hij moet dus informatie hebben geleverd aan de beide verzetsgroepen aan wie hij hand- en spandiensten leverde, met name de groep rondom Karst Smit en de familie Van der Heijden, en de verzetsgroep rondom Piet Leermakers in de Biest. Vanwege zijn werk bezat hij een vrachtwagen en ik vermoed dat hij die gebruikte voor het transport van bijvoorbeeld Geallieerde vliegtuigbemanningen en andere vluchtelingen. Een lading hooi is natuurlijk een perfecte manier om die ongezien weg te brengen. Maar zekerheid hierover bezit ik niet.”

Reconstructie van het verleden

De voorbije weken hebben Jacqueline veel informatie opgeleverd. “Ik wil te weten te komen hoe het hier was in de tijd dat mijn vader in Hilvarenbeek leefde en werkte. Door met zoveel mogelijk mensen, zoals Ad, te praten, voel ik nu de verbinding met de tijd van toen. We bezoeken ook de plekken waar het verzetswerk speelde, zoals hij bij D’n Bockenreijder. Daar werden vluchtelingen opgevangen op de Pilotenlijn. Vader Piet moet hier regelmatig geweest zijn, maar hij heeft er na de oorlog niet over willen schrijven. Wel over zijn jeugd en zijn vertrek naar Indië na de bevrijding. Het verhaal is dus omhuld met raadsels, maar mijn gesprekken en bezoeken hier geven steeds beter een beeld van het leven van mijn vader in de oorlogsjaren.”