Ga eens op zoek naar de vele verschillende planten in onze gemeente, die er van nature voorkomen. Je hoeft alleen maar te kijken in de bermen langs de wegen, in de bossen, aan de akkerranden en zelfs tussen de straat- en stoepstenen. Elke plant is interessant; onkruid is maar een verzonnen woord. Als jij je er een beetje in verdiept, dan gaan die Beekse planten nóg meer leven. En zeker in de winter is er nog genoeg te zien; vooral zaken die je niet opvallen als alles in het blad zit.

door Kees van Kemenade

Op een langs de rand van de weg liggende dode tak, aan de weg van Diessen naar Hilvarenbeek, groeit een bruinrode zwam. Je kunt hem meteen herkennen aan de vorm en de kleur: een judasoor. Een zwam in de vorm van een oor en die hier leeft op een reeds lang geleden afgebroken tak. Judasoor kan ook een echte parasiet zijn, die rot veroorzaakt in een levende boom, maar hier is het een, wat men noemt, saprofyt, die ervoor zorgt dat dode zaken uiteenvallen in bruikbare stoffen voor ander nieuw leven.

Het hele jaar door kun je deze zwam aantreffen. Is het droog dan krimpt hij ineen en wordt tot zwart toe, maar als het regent, zwelt de judasoor weer op tot normale proporties. Als je er een vindt, voel er maar eens aan. Judasoor voelt zacht en toch wat stevig aan, bijna als kraakbeen.

Je zou hem kunnen plukken en drogen, want hij is eetbaar. In de Chinese en Japanse keuken doen ze dat en wordt hij ook gekweekt. Niet omdat hij veel smaak heeft, maar omdat hij de smaak van de saus opneemt, terwijl de gedroogde zwam opzwelt.

De naam is wel een bijzonder verhaal. Net als de judaspenning en de judasboom is judasoor genoemd naar een persoon uit het Evangelie, namelijk de apostel Judas Iskariot, die Jezus verraadde aan de priesters in de tempel. Toen hij merkte dat Jezus gemarteld en gekruisigd werd, kreeg hij spijt en uit wroeging hing hij zich op. Volgens een latere legende aan een wilg. Judasoor heeft een voorkeur voor wilgenhout, maar de tak die ik vind was van een Amerikaanse eik, dus is zijn voorkeur beperkt.